Van Kooten en De Bie beschikken over een eigen YouTube-Kanaal

Alle Keken op de Weken bij elkaar

Sinds jaar en dag zwerven op het internet tientallen Koot&Bie-filmpjes, soms van onduidelijke afkomst en slechte kwaliteit. Kees van Kooten en Wim de Bie besloten orde op zaken te stellen en zijn van start gegaan met een eigen YouTube-kanaal: www.youtube.com/VanKootenenDeBieTV

Veel bekend en populair werk, maar ook niet eerder heruitgezonden materiaal zal, met wekelijkse toevoegingen, op dit officiële Van Kooten en De Bie-kanaal worden geplaatst en op pc, smartphone en tablet gratis te bekijken zijn.

Zo zullen na verloop van tijd alle 112 afleveringen van het legendarische tv-programma Keek op de Week (vpro, 1988 -1993) hier een plek krijgen. Een unieke kijk op de jongste geschiedenis – veel hete hangijzers van toen blijken na 25 jaar nog immer actueel.

Het kanaal wordt vervaardigd in samenwerking met Expoza, Utrecht.

Het YouTube-kanaal van Van Kooten en De Bie: ‘het digitale museum van het oeverloze oeuvre van twee land- en tijdgenoten’.

Satirisch onderzoek Spuiforum, Den Haag

Als hoogleraar Satire en onafhankelijk deskundige op het gebied van hoogmoedige hoogbouwprojecten, werd mij gevraagd een onderzoek in te stellen naar de plannen voor de bouw van een cultuurpaleis in Den Haag.
spuiforum

Welnu, na alle tekeningen en berekeningen nauwgezet te hebben bestudeerd, kom ik tot de conclusie dat, satirisch gezien, het Spuiforum met de grond gelijk kan worden gemaakt, nog voor het is gebouwd.

De wijze waarop is gegoocheld en gemanipuleerd met kostenramingen; kritische geluiden niet serieus werden genomen; de wijze waarop de tegenstand onder de bevolking is gebagatelliseerd – zelden bestudeerde ik een bouwplan dat zo overduidelijk voor 100% rijp is voor satire.
In een vervolgonderzoek behandelde ik de vraag: hoe zou dat satirische Spuiforum er, bijvoorbeeld in de vorm van een televisieprogramma, dienen uit te zien? Zijn er komieken en satirici te vinden, die het gehele Spuiforumproject op zowel lachwekkende als messcherpe wijze kunnen uitbeelden? Kunt u een opzet voorbereiden?

Helaas! Dat bleek niet mogelijk. Mijn onderzoek wees uit dat de Haagse werkelijkheid rond het Spuiforum gekker is dan de inventiefste grappenmaker kan bedenken. Het geld voor een satirisch Spuiforum kan dus beter worden besteed.

Wim de Bie, hoogleraar Satire, Den Haag

Nieuw Koningslied?

Het Koningslied van Ewbank c.s. is gesneuveld. Wat mij betreft hoefde de muziek niet te worden ingetrokken, maar hadden enkele tekstdichters in een middag een betere, foutloze versie van de abominabele tekst kunnen schrijven.

Wat wordt er nu op 30 april a.s. gezongen?

Ik doe een voorstel. Ik heb nog een oud nummertje liggen, dat me buitengewoon geschikt lijkt.

Het grote voordeel: iedereen kan een eigen tekst meezingen, zodat daar nooit moeilijkheden over kunnen ontstaan.

Beluister deze mp3 en zing meteen mee:

Nieuw Koningslied

Philip Roth, het grote voorbeeld

Een kwartier staren naar het lege computerscherm wisselde hij af met een kwartier ijsberen door zijn werkkamer. Zo was hij al twee uur bezig. Er ‘kwam niks’ vanmorgen, begreep hij bij twaalven. Tijd voor de lange wandeling via het Oubergplantsoen, over de stadswallen naar de wagen van visboer Van Schijndel, voor de dagelijkse haring ‘met alles erop’. (‘Ook zuur?’, vroeg Piet van Schijndel, altijd weer.)

Onderweg overdacht hij wat hij gelezen had: het interview met Philip Roth, waarin de grote Amerikaanse schrijver aankondigt dat ‘de worsteling met het schrijven’ voorbij is.

Philip Roth die ermee stopt! Wat een schok! Ook voor hem. Roth was het grote voorbeeld. De energie die uit zijn boeken kolkte. Jaar na jaar verscheen het ene schitterende boek na het andere. Geen nieuw boek van de hand van deze gigant? Onvoorstelbaar.

De dip waarin hij, Dolf van Dungen, nu al weken verkeerde, veranderde op slag in een zwart gat, na het lezen van het deprimerende nieuws over het door hem zo bewonderde voorbeeld.

‘Als ik er nou ook ’s mee stop?’, dacht hij op een bank in het Oubergplantsoen. ‘Als ik nu ’s een persbericht doe uitgaan, waarin ik zeg dat Philip Roth me de ogen heeft geopend en dat ook ik toegeef dat het schrijven voor mij een te grote worsteling is geworden? Zou een krant het plaatsen? Zouden ze gaan uitpluizen wat die Dolf van Dungen allemaal geschreven had?’

Vrij zijn! Niks aan de kop! Nooit meer die ongemakkelijke ontwijkende teksten als iemand op een verjaarspartijtje vroeg: ‘En, hoe gaat het met je boek?’ Gewoon zeggen: ‘Philip Roth heeft me aan het denken gezet. Ik kap ermee.’ O, ze zullen het zeker een moedig besluit noemen, dacht hij. Hij zou, als hij de interviewteksten van Roth uit het hoofd had geleerd, de collega’s op de zaak ook makkelijker onder ogen kunnen komen, na de sabbatical van zes maanden, waarin hij ‘eindelijk HET boek zou schrijven.’

‘Dank u wel, Philip Roth. Voor al uw boeken. Een ook voor dit openhartige einde.’

Dolf van Dungen zette er flink de pas in. Misschien nam hij, om het einde van zijn schrijverschap te vieren, wel twee haringen.

Moeilijk blootmoment

’s Avonds om elf uur, als meneer Foppe voorbereidingen treft voor het slapengaan, breekt er een moeilijk moment aan.
Voordat hij zich gaat verkleden in de badkamer, haalt hij eerst zijn opgevouwen pyjama uit de la van de slaapkamerkast.

Als hij zich ontdoet van de bovenboel is er niets aan de hand. Zijn colbert en overhemd drapeert hij rond een knaapje, dat hij aan een haakje op de deur hangt. Dan schiet hij meteen in zijn pyjamajasje, want het is ’s nachts nu al zo koud, dat hij het zichzelf heeft toegestaan zijn onderhemd aan te houden.
Vervolgens trekt hij zijn pantalon uit, die hij over de gesloten toiletpot drapeert.

Dan komt dat moeilijke moment: hij moet zijn onderbroek uittrekken.

En voordat hij in zijn pyjamabroek stapt, staat hij dus gedurende enkele seconden van onderen bloot. En daar houdt meneer Foppe niet van.
Mijn hemel! Waar je al problemen mee kan hebben, denkt hij ook wel ’s in zichzelf.
Wie zou hem nou zó, in zijn meest kwetsbare positie, kunnen zien staan? Niemand. Ja, hijzelf. Maar als hij vliegensvlug met geheven hoofd uit zijn onderbroek en in zijn pyjamabroek stapt en niet per ongeluk in de spiegel boven de wasbak kijkt, is de kans toch uiterst gering dat hij met zijn eigen onderkant wordt geconfronteerd?

Toch heeft meneer Foppe het zo moeilijk met het laten zakken van zijn onderbroek, dat hij die de laatste tijd ook maar gewoon aanhoudt, onder zijn pyjamabroek!
Ja, het is raar en van huis uit heeft meneer Foppe het anders geleerd. Het is misschien zelfs vies te noemen, maar ach, het voordeel van alleenwonen is nou juist dat je zelf je eigen regels bepaalt. En als je het niet fijn vindt om ’s avonds even bloot te staan, nou, dan doe je dat toch gewoon niet?

Zo beperkt meneer Foppe de ongemakkelijke blootmomenten tot de hoogst noodzakelijke: het moment tijdens de wissel van vieze naar schone onderbroek – tweemaal in de week – en het moment waarop hij, vlakvoor hij onder douche stapt voor de grote zaterdagse wasbeurt, zijn onderbroek moet verwisselen voor zijn zwembroek.

(Uit: Meneer Foppe en de hele reutemeteut (uitg. De Harmonie)